Categorie archieven: Nice-Emmen

Bericht 16

  • Datum: donderdag 31 mei
  • Traject: Charmes – Les Etangs
  • Afstand: 125 km
  • Weer: Zonnig en droog; schitterend fietsweer
  • Parcours: Nergens vlak; je blijft schakelen; kleine, venijnige hoogteverschillen; het lijkt op fietsen over een wasbord

Starten in een licht benevelde ochtendwarmte, een fraai beschenen en glooiend
landschap, een muziekje en nog wat power in de benen, dit zijn de ingrediënten
die je moeiteloos in een soort van euforische stemming brengen. Dan is de
drempel naar meezingen of een soort van karaoke bijzonder laag. In flarden
stap ik er overheen, al ken ik de teksten meestal maar half. Het publiek is thuis.

Lohues
Al weer? Ja, even nog. Op mijn IPod staan 4083 muzieknummers die ik met de
Shuffle-functie laat passeren. Maar het lijkt alsof mijn apparaat mijn voorkeuren
kent. want Daniël Lohues komt vaak voorbij. En elke keer word ik weer geraakt
door de pakkende manier, waarop hij in mooi Drents weet te zingen over de
dingen die er toe doen: de liefde, het geloof, de eenvoud, de liefde voor je woon-
plek en de eindeloze zoektocht naar en in jezelf. Het is dan ook geen wonder dat
deze ‘Ericaan’ landelijk de schouwburgen heeft veroverd.
Soms probeer ik ook wel eens wat:

de bult op

met open mond
zelfs wijd gesperd
zwoeg ik weer
als een hijgend hert
en al ben ik niet
‘der jacht ontkomen’
toch hoop ik wel
weer op de bult te komen
want wie ‘allennig’ maar wil dalen
zal never nooit zijn voordeur halen

Het fietsen vandaag – mijn maatje schreef het al – heeft iets van rijden over een
wasbord. Ook al lijkt het landschap niet zo strak bericheld, je moet voortdurend
over een rug en al met al is dat toch flink ‘werken’.
Het landschap van gisteren herhaalt zich: een gooiend palet van bospercelen,
weilanden en akkers. Vooral de enorm grote percelen graan vallen op. Ik zie
koeien in allerlei kleuren, maar geen sporen van melkproductie, dus ……….

Na twee uren fietsen kom ik in Lunéville, het ‘Versailles van Lotharingen’.
De Poolse koning Stanislas kreeg Lotharingen cadeau van Lodewijk XV.
Hij woonde er vervolgens veel en liet een schitterend park aanleggen á la
Versailles. Vandaar die bijnaam.

Vlak voor mijn eindbestemming permitteer ik mij een ‘pression’. En het worden
er zelfs twee! Ik beland namelijk op het terras van ‘Veenstra Pizza’, waar een
besloten barbecue gaande is met een enorme bonk lawaai. Ik kan echter met
mijn oranje tasjes een biertje kopen. En als ik meld dat ik uit Nederland kom, dan
volgt – na een high five met een kleinzoon Veenstra – een tweede gratis bier.
Gelukkig is het dan naar mijn chambre nog maar een kilometer.

Voor de agro-gay-parade
Kerkhof eerste WO
Vandaag onderweg
Idyllisch
Benieuwd wat er komt

Bericht 15

  • Datum: Woensdag 30 mei
  • Traject: Corre – Charmes
  • Afstand: 80 km
  • Weer: Zonnig en droog
  • Parcours: Nergens vlak; je blijft schakelen; kleine, venijnige hoogteverschillen

A small world

Alleen reizen – ik schreef er voorgaande jaren ook al eens over – heeft uiteraard
voor- en nadelen. Een voordeel is bijvoorbeeld dat je eerder contact zoekt of
krijgt met anderen. Zo schoof ik gisteravond, etend, aan bij een Engels sprekend
gezelschap. Ze liggen hier met een zeewaardig motorjacht in het haventje van
Corre. De captain vaart zijn boot langs kusten en via binnenwateren van Lissabon
naar Helsinki, waar hij woont. Daar is ook zijn Finse echtgenote.
Hij vaart deels alleen, maar nodigt ook regelmatig meevarende gasten uit. Hij
is mijningenieur in een uranium-mijn in Zimbabwe, het vroegere Zuid-Rhodesië.
Zijn momenteel meereizende gasten hadden daar ook gewoond en gewerkt.
We wisselden allerlei belevenissen uit. Zo herinnerde ik mij uit mijn jeugd in Assen
de beroemde motorcoureur John Surtees uit Rhodesië. Als die op zijn jankende MV-
Augusta over de TT-baan scheurde, dan kon ik hem vanuit Graswijk al horen. In mijn
herinnering nu nog trouwens, want het geluid was uniek.
Toen de naam ‘Surtees’ viel, werd een vrouwelijke tafelgenoot helemaal enthousiast,
want….ja, John Surtees, die kende ze! Ze had hem een aantal jaren geleden zelfs
persoonlijk ontmoet. Zo zie je maar weer, de wereld is klein.
Intussen – al pratend – bleek de captain wel wat in mij te zien als bemanningslid.
Hij nodigde (‘I Am serious’) mij uit om vanuit Nederland of Noord-Duitsland met
hem mee te varen naar Helsinki. De fiets mocht ook wel mee aan boord, want
dan – zo fantaseerde hij – kon ik vanuit Finland mooi naar huis fietsen. Ik heb het
aanbod vriendelijk afgewezen, maar zo zie je maar welke kansen zich aandienen
als je alleen reist (en liefst de handen volledig vrij hebt).

Iets anders
Als ik de nuanceringen even mag weglaten, dan kun je stellen dat Zuid-Duitsland
het qua economische perspectieven wint van het Noorden (en Oosten). Hetzelfde
geldt voor Engeland. In Italië daarentegen blijft juist het Zuiden enorm achter: de
Mezzogiorno. In Frankrijk is het – ondanks de Noordelijke ligging van Parijs – ook
het Zuiden dat wint. De oorzaken zullen verschillen, maar ik denk dat een
aantrekkelijke leefomgeving (klimaat, landschap) zeker meespeelt. Vooral niet-
plaatsgebonden bedrijven, m.n. In de ICT-sector kiezen fraaie lokaties. In Antibes
zag ik bijvoorbeeld Sofia Antipolis. Dat is zo ongeveer de Silicon Valley van Frankrijk.
Niet voor niets kozen ze in de VS voor de omgeving van San Francisco (al gaat er
natuurlijk niets boven…..Erica, maar dat is voor ingewijden).
Ik merk, fietsend, ook aan allerlei dingen dat ik vanuit het welvarender en levendiger
Zuiden kom. Vooral op het platteland zie je veel meer verval en gebrek aan voor-
zieningen. Geldautomaten, winkeltjes, koffie-terrassen, Internetfaciliteiten, het is er
allemaal wel, maar het is toch vaak net even wat meer zoeken geblazen. In het dorp
van vannacht (Corre) kon ik geen ontbijt vinden, want de laatste boulangerie van
het dorp was dichtgeplakt en te koop. Nee, je moet als Nederlander wel een heel
erg doorgeschoten francofiel zijn om hier te willen wonen.

Dat alles neemt niet weg dat ik weer blijmoedig door de heuvels snor. Ook
Lohues zingt intussen dat hij ‘nooit weer weg wil uit Erica’.
Het heuvelt fraai, maar de hellinkjes zijn vaak venijnig. Echte ‘keutenbijters’.
Onderweg lees ik via de mail dat mijn fietsmaat, alias dr. Livingstone in Antibes
Is aangekomen. Uit zijn verslag maak ik op dat hij nogal wat regen heeft gehad.
En dat hoort natuurlijk niet zo. Klimaatverandering? Hoe dan ook, hij heeft – liggend – toch maar mooi gemiddeld 160 km. gehaald. Chapeau!

Nog steeds zie ik nauwelijks ‘tegenfietsers’ van mijn soort. Gisteren één, vandaag
twee. Geen files dus. Nou ja, ook dat heeft weer als voordeel dat ik gemakkelijk een
bed vind. Vandaag is dat vanwege dreigende wolken al na 80 km. in Charmes.

Wasplaats
Knechtenduo
De wegwijzer
Romantiek 2
Mooi lelijk

Bericht 14

  • Datum: Dinsdag 29 mei
  • Traject: Besancon – Corre
  • Afstand: 108 km
  • Weer: Eerst motregen, maar al snel zon en wolken.
  • Parcours: licht heuvelend en langs de Saône vrijwel vlak

De vriendschappelijke voetbalwedstrijd Frankrijk – Ierland eindigde met een
schitterende watersliding, want het had gehoosd tijdens de partij. Ook zag ik
steeds herhaalde beelden van een atletische man die een kind redde, dat aan een
balkon hing van een flatgebouw. Zie YouTube, neem ik aan.

De start is miezerig en de lucht oogt dreigend. Toch kan na een uur de regenjas uit en wordt het weer prachtig fietsweer.
Het landschap heuvelt licht en is gevuld met bosgedeeltes, akkers en weilanden.
Ik fiets een flink gedeelte via een fietspad langs de Saône. Dat oogt idyllisch:
Mooi begroeide oevers, meanders en plezierboten. Boven het water hangen soms
touwen, waarmee ze een belsignaal kunnen afgeven voor de automatische bedieninig van
sluizen. Het lijkt allemaal op Canal Nivernais (zie verslag van 2014).
Een heel uniek fenomeen is de kanaaltunnel van St.Alban. Om een grote rivierlus af te snijden heeft men een tunnel door een bergrug gemaakt, waar een kanaaltje doorstroomt. Kleine (plezier)boten maken er gebruik van.
Ook apart is de Eiffeltoren die ik bij Soign in een weiland zie staan. Zie foto.

In Corre scoor ik om vijf uur onaangekondigd een chambre bij een boerenbedrijf.
De gastvrouw onthaalt me met koud bier en een Mars-ijsje: hospitalité Française!
De zolderkamer heeft, behalve geen WiFi ook geen telefoonbereik. Maar ach,
waar hebben we het over. Straks maar even buiten de deur op verkenning.

Onderweg
Eiffeltoren
De Saône
Kanaaltunnel
Romantiek

Bericht 13

  • Datum: maandag 28 mei

Vandaag een dagje Besancon.

Na het ontbijt lever ik een zak met wasgoed in bij de receptie. Daarna naar de Mac om met WiFi wat achterstallige berichten op de site te plaatsen. Maar bij deze Mac is het zo hectisch en druk, dat het Internet een pot met stroop is. Meer succes heb ik bij het ‘Office du tourisme’, waar ik na identificatie op het net mag.

Ook laat ik in de stad het glas van mijn telefoon vervangen. Het lijkt me voor de reisverzekering namelijk beter als ik een Franse factuur heb.

Bij een ijssalon even een leuk praatje met een Duits gezin. Ja, als je de kleintjes warm wilt maken voor het fietsen, dan hoort daar natuurlijk wel regelmatig een koud ijsje bij.
Zolang de kinderen Pinkstervakantie hebben fietsen ze een stuk richting M.Zee.

Ik doe een flinke stadswandeling met o.m. de citadel van de beroemde vestingbouwer Vauban. 

’s Avonds is het noodweer. Op de tv zie ik dat vooral NW-Frankrijk is getroffen door veel onweer. Ben benieuwd hoe dat morgen gaat uitpakken.

Besancon aan de Doubs
Jong geleerd is oud gedaan
Voor de betere trek
Ingang Citadelle
Entree

Bericht 12

  • Datum:      Zondag 27 mei
  • Traject:      Cernon – Besancon
  • Afstand:    120 km.
  • Weer:         Bewolkt en soms motregen
  • Parcours:  heuvelend op het plateau, dan afdaling (!), heuvelend verder (zie profielfoto)

Ja, dat eten gisteravond was lekker. Omdat het zaterdagavond was permitteerde ik mijzelf een driegangenmenu: gekruide tomaten met mozarella, zalm met rijst en een ondefinieerbaar prutje en dan crème brûlée. Dat alles vergezeld van blonde Afligem. Ik proef het nog na.

Minder prettig was dat mijn telefoon op de grond viel, waardoor er – ondanks de beschermhoes –  een barst in het glas sprong. Kassa.

Mijn oordeel over de impopulariteit van de Groene Weg trek ik weer in, want vandaag kwam ik ze plotseling in meervoud tegen. Bij het ontbijt tref ik een met e-bikes fietsend echtpaar. Ze reizen zuidwaarts, waardoor we elkaar mooi wat tips kunnen geven.

Ik ga van start in miezerig weer, maar dat duurt niet lang. Onderweg weer een Europafietser. Het blijft even bij zwaaien. Een ander stel (race)fietsers tref ik op het terras van een crêperie. Zelf ook fanatieke trekkers. Ze zijn vol bewondering voor mijn reisgidsje en noteren besteladressen, want dit kennen ze in Frankrijk niet. Ook mijn fiets scoort geweldig. Vooral de laaghangende fietstassen aan mijn voorwiel vinden ze bijzonder geslaagd.

Even later houd ik een ligfietser aan in de veronderstelling dat hij uit Nederland komt. Maar nee, het blijkt een Zwitser te zijn. Ook hij fotografeert met graagte wat pagina’s uit mijn boekje.

Er komt mij een grote groep racefietsers tegemoet, begeleid door een auto met oranje zwaailicht. In een opwelling roep ik luid: ‘Attention, le peloton du Tour de France’! In een kakafonie aan reacties vang ik ‘bon courage’ op. Daar kan ik weer op teren.

Ik had ze nog niet veel gezien, maar hier op zo’n wat hooggelegen Jura-plateau zie ik veel weiden met roodbont vee. Ze kunnen je zo mooi dom aankijken van ‘doe je dit vrijwillig’?

Bij een stop op een bankje langs een kabbelende rivier klinkt via de IPod heel toepasselijk ‘Am Wasserflüssen Babylon’. Dat klinkt – en nog wel op een zondag – nergens zo mooi als hier in de natuur. Je moet er, om het te waarderen, natuurlijk wel een liefhebber van Bach voor zijn en als het even kan ook nog calvinist. En laat ik dat nu beide zijn.

Ik stop voor een drankpauze aan de rand van het plateau temidden van tientallen racefietsers op een start- en ook eindpunt van een toertocht. Gezellige boel met veel praatjes met maatjes.

Ik passeer Poligny (Gruyère-kaas) en Arbois (wijngaarden) en besluit om de koers iets te verleggen: Ik wil naar Besancon en daar een dagje blijven. Het is opvallend hoe mijn Mio-navigatie mij dan direct veel vaker ‘verwijst’ naar drukke wegen met autoverkeer. Een enorm verschil met de landelijke weggetjes van de Groene Weg.

Wat later dan gebruikelijk, zo tegen half acht, neem ik intrek in een hotel aan de rand van Besancon. Na de douche proef ik eten en sfeer in het levendige centrum van deze stad.

Pauze
Een cirque in de Jura
Kenmerkend stukje parcours
Poligny
Routeprofiel Ain-Marnay

Bericht 11

  • Datum: Zaterdag 26 mei
  • Traject : Frontonas – Cernon
  • Afstand: 130 km
  • Weer: niets op aan te merken
  • Parcours: eerst vlak, dan langs de Ain en op het laatst klimmen

Zou de Groene Weg naar de Middellandse Zee wel populair zijn? Ik begin het me wat af te vragen, want tot mijn grote verbazing kom ik helemaal geen ’tegenfietsers’ tegen, behalve dan mijn maatje. Ook op de overnachtingsadressen nog geen soortgenoten aangetroffen. Vreemd. Wel zijn er de vele begroetingen in diverse vormen van racefietsers.

We nemen afscheid van elkaar en als twee stippen beginnen we over de kaart te schuiven. Hij met 180 km. per dag zuidwaarts en ik met ongeveer 100 noordwaarts. De route begint met een flink gedeelte door vlak, soms licht glooiend gebied. Het is gevarieerd agrarisch gebied, maar het landschap en ook de stadjes en dorpen zijn wat ‘gewoner’. De Provençaalse sfeer en kleuren liggen intussen achter mij. Ook de dichtheid van voorzieningen wordt duidelijk minder. In veel dorpen is niets te halen, dus het is zaak om via boodschappen wat meer de overleving veilig te stellen. Zo parkeer ik in één van de twee bidonhouders een fles met anderhalve liter water. Ook brood, kaas en fruit houd ik achter de hand.

In het tweede deel wordt het landschap weer mooier, want dan volg ik de Ain. Een rivier die deels  gewoon rivier is, maar ook gedeeltelijk een aaneenschakeling van langgerekte stuwmeren, die gevormd zijn door barrages, waar dan ook weer vaak stroom wordt opgewekt. De Ain stroomt door de Jura, een berggebied dat uit veel krijtlagen bestaat waarin veel fossielen worden aangetroffen.

Aan het eind bereik ik na een flinke klim het verder heel rustige dorp Cernon, waar ik een kamer heb gereserveerd in het enige hotel: Le Galoubet. Ik kan er lekker ’thuis’ eten.

Daar gaat ie
De Ain
Krijtlagen
Barrage bij Cernon

 

Bericht 10

  • Datum: vrijdag 25 mei
  • Traject: St.Donat sur l’Herbasse – Frontonas
  • Afstand: 96 km.Weer: beetje licht bewolkt, maar prima fietsweer
  • Parcours: pittig, veel heuvels rond de 400 meter

Vandaag een rit door een heuvelrijk gebied. Het heeft wel iets van Zuid-Limburg, maar dan natuurlijk over een veel groter oppervlak: heuveltje op, heuveltje af. Het zit veel tussen de 200 en 500 meter hoogte. Dat is precies wat wij ‘heuvelland’ noemen. Aan de horizon rijzen echte bergen op, maar die doen gelukkig niet mee.

al is het landschap virtuoos
het toont zich ook vaak rücksichtslos
want regelmatig, nee niet onverwacht
toont mijn snelheidsmeter cijfer 8
maar dan weer, even later, dalend
suist de wind mij in het oor
ik weet het weer
hier kwam ik voor

In Hauterives stop ik bij een curieus monument: het ‘Palais Idéal’ van de fantasierijke postbode Ferdinand Cheval. Het is een bouwwerk van 26x12x10 met elementen uit allerlei tijden, culturen en religies. Ik dacht even in ZO-Azië te zijn (of in de Efteling…). Kitsch of kunst, zeg het maar. Uiteindelijk heeft Cheval erkenning gekregen voor zijn levenswerk. Grappig om nog te vermelden is dat hij zijn ideeën opdeed door wat te neuzen in de vele tijdschriften die hij als postbode moest bezorgen.

Onderweg heb ik een paar keer telefonisch contact met mijn maatje, die intussen vanuit het noorden nadert. We maken een inschatting dat Frontanas de plek van ontmoeten zal worden.

Als ik daar rond 5 uur binnenrol, dan zit hij al op een bankje naast zijn geparkeerde ligfiets. Dat is natuurlijk een heel andere manier van je verplaatsen. In elk geval kan hij er snel mee uit de voeten, want hij is verder gekomen dan de plek die ik had ingeschat. Omdat het er in het dorp allemaal doods uitziet zoeken en vinden we een hotel in de omgeving. Bij een pizzeria in een soort winkelmall kletsen we gezellig bij over al onze ervaringen. Een heel bijzonder en leuk treffen!

’t Is net de Keutenberg
Je zult hier maar wonen

Bericht 9

  • Datum:      Donderdag 24 mei
  • Traject :    Souspierre- St.Donat sur l’Herbasse
  • afstand:    96 km
  • Weer:         Een 10
  • Parcours:  La Drôme à velo

Het is opmerkelijk hoe snel de elementen en patronen van voorgaande fietstochten zich weer voordoen: het ‘geo-nieten’, de nachtelijke kuitkramp, de uiteenlopende gedachten tijdens het fietsen en het dagpatroon. Met kleine variaties ziet dat er als volgt uit:
De wekker gaat om 7.30. Dan ontbijt (meestal thuis), rond 11 uur ( 30 km.) koffie, rond 13.00 uur een lunch op een bankje m.b.v. gedane boodschappen, rond 15.00 uur een Cola-stopje op een terras en dan rond 17.00 uur na een blonde Afligem ergens een onderkomen innemen. Installeren, douchen, dineren, ‘stukkie’ schrijven en rond 22.30 onder zeil.
Ik schrijf niet graag over allerlei uitgaven, maar vooruit, ter informatie voor echte (op)volgers:
Per etmaal besteed ik 85 à 90 Euro. Zo’n hele fietstocht van ongeveer drie weken komt, met fietsvervoer en reiskosten ongeveer uit op 2200 Euro. Maar dan krijg je ook wat!

Het is me al een paar keer overkomen, dat mensen aan wie ik vertel dat ik naar het Noorden fiets spontaan opmerken ‘oh, dan heb je de zon lekker van achteren. Dat kijkt prettiger en het landschap ziet er mooier uit!’ Opmerkelijk geografisch scherp opgemerkt!
Dat brengt me even weer bij mijn vak. Sorry, alleen voor liefhebbers en verder irrelevant:

Geo-nostalgie
De aardrijkskunde werd mij op de HBS bijgebracht door (wijlen) meneer Stellingwerff. Op een relaxte manier babbelde hij ons door de geografie. Passaten en moessons, stalagmieten en stalactieten, alles kwam voorbij. Met aantekeningen en bordtekeningen schreven en plakten wij ons schrift (met een hard kaft) vol. En dat alles gewoon met pen, potlood, kleurpotloden, Glucon en schaar. Niks tablet of IPad. Bijzonder was dat hij nooit proefwerken gaf, maar alleen onverwachte schriftelijke beurten met venijnige inzichtvragen.
Kennelijk heeft hij me geïnspireerd, want na de HBS begaf ik mij zeven (nee, geen tien) jaren onder professoren aan de RUG om het vak te leren. En met de verkregen bevoegdheid gaf ik vervolgens een kleine veertig jaren les op het CSG, later Hondsrugcollege. De bekwaamheid kwam geleidelijk. Graag hield ik de leerlingen een ‘snoepje’ voor voor de laatste tien of meer minuten: een quiz of ….dia’s! Daar kon je toen nog mee scoren.
Of ik ook leerlingen heb geïnspireerd? Wellicht Peter van de Werff, een oud-leerling en nu docent aardrijkskunde in Leeuwarden. Hartverwarmend was het, dat hij bij mijn afscheid voor mijn neus stond! Ja, en dan ook nog met een aardrijkskunde-schrift uit, ik meen, klas twee met daarin de aantekeningen en de ingeplakte werkblokfiguren van de Geo Geordend. (Een lesmethode onder redactie van ‘mijn’ professor Tamsma, de man die er niet best afkomt in het boek ‘Onder Professoren’ van de grootste azijnpisser die mij ooit lesgaf: Willem Frederik Hermans).
Wat zou ik destijds blij geweest zijn met een berichtje van de gepensioneerde meneer Stellingwerff, waarin hij me zou vertellen dat hij op reis was en dat hij met tekst en foto’s een verslag maakte. Prachtige ‘snoepjes’ voor de laatste tien minuten van een les.
Zou ik Peter met zoiets blij kunnen maken? Misschien. Ik zal hem via een speurneus in Erica eens proberen op te snorren.

Terug naar de dagelijkse geografie
De dag begint met een forse klim over een bergrug van 500 meter. Dat levert een echte col op (zie foto). De rest van het parcours volg ik ‘La Drôme à velo’, een schitterende route door glooiend landschap. Ik hoef de route nauwelijks te delen met auto’s, want het gaat voornamelijk over smalle, landelijke weggetjes. Als het parcours vlak is of omhoog gaat luister ik muziek. Tijdens afdalingen hoor ik namelijk weinig vanwege het harde suizen van de wind. De teller gaat soms naar de 45.
Regelmatig een mooi dorp of stadje, zoals bijvoorbeeld Crest aan de Drôme, een favoriete vakantiebestemming van Nederlanders.
In Chabeuil blijf ik een poosje hangen omdat er een grootschalig Jeu de Boules-toernooi aan de gang is met allerlei fanatieke spelers in een club-tenue. Prachtig om te zien hoe er in allerlei stijlen wordt geworpen. Concentratie en resultaat doen me wat aan golf denken.

Al met al een prachtige fietsdag in schitterend weer. Rond 17.00 uur, geheel volgens dagpatroon, kom ik aan in St.Donat sur l’Herbasse, waar ik intrek neem in een mooi chaletje bij een Chambre d’Hôtes met een naastgelegen zwembad. Ik bof weer (want ik zou kunnen gaan zwemmen….)

 

Een echte col
Route voor bofkonten
Die zien we bij ons nooit
Mijn onderkomen

Bericht 8

  • Datum:          Woensdag 23 mei
  • Traject :         Avignon – Orange – la Bégude – Souspierre
  • Afstand:        105 km.
  • Weer :            Grotendeels mooi, maar ook regen
  • Parcours:     Eerst vlak door de wijnstreek, op het eind klimmen

Vanaf vandaag fiets ik met het mij vertrouwde type reisgids, zichtbaar op mijn ‘dashboard’ in de stuurtas onder plastic. Heel prettig: mooi gedetailleerd kaartbeeld en de route ingekleurd. Daarnaast de beschrijving van de route, de Mio- navigatie, de zon voornamelijk in de rug, de plaatselijk borden en er kan niet veel meer mis gaan.

Ik kan niet ’thuis’ ontbijten, dus dat doe ik bij de eerste bakker die ik buiten Avignon aantref. Eerst doe ik Orange aan, de bakermat van ons vorstenhuis omdat Willem hier in 1544 deze stad verwierf. Orange heeft twee grote bezienswaardigheden: de Romeinse triomfboog en een groot Romeins amfitheater. Ik gun me alleen wat korte blikken op deze Unesco-monumenten, want de Tour wacht niet. Op een bankje met prachtig uitzicht op de stad heb ik een gesprek met een jongen die me o.m. verteld  dat hij aan dysfagie lijdt. Hij praat graag met voorbijgangers, want hij heeft ook enige zendingsdrang. Het is een ‘evangelisch’ type. Ik krijg niet alle finesses mee, want het gaat – zoals zo vaak hier – in rap Frans.

Oh ja, even het vak wat bijhouden. In een dorp stap ik de Mairie binnen en vraag aan de eerst aanspreekbare ambtenares of het aantal Mairies in Frankrijk correspondeert met het aantal gemeenten, zoals eerder genoemd ruim 35.000. De dame kijkt me verbaasd aan en is wat verlegen met de vraag. Ze moet er even voor ‘naar achteren’ waar blijkbaar een kenner zit, die bevestigt dat dat inderdaad het geval is. Weer wat geleerd (zij ook).

Vandaag fiets ik overwegend mooi rustig en landelijk tussen de wijngaarden door van de ‘Côte du Rhône’  en de Chateau Neuf du Pape! De pausen van Avignon wisten wel wat lekker was. Het is vlak gebied met ook veel fruitteelt en velden met Lavendel. Helaas ben ik nog te vroeg in het seizoen om de spectaculaire blauwe kleuren van de lavendel te zien. Jammer. Aan de horizion zie ik flinke bergketens , die gelukkig mooi op afstand blijven.

Het genieten wordt versterkt door Daniël  Lohues, die zingt:

wie doet mij wat
wie doet mij wat
wie doet mij wat vandage
‘k heb de baanden vol met wind
nee ik heb toch niks te klaag’n

Bij Suze-la-Rousse tref ik iets bijzonders: een indrukwekkend kasteel, dat tevens de ‘Université du vin’ (!) huisvest. Ik veroorloof me geen bezoek, maar het intrigeert me wel. Stel je in Nederland misschien iets voor als je geograaf bent of – ik noem maar wat – jurist of radioloog, nee hier stel je pas echt iets voor als je afgestudeerd, of misschien zelfs gepromoveerd bent aan de ‘Université du vin’. Wat een feest  moet het zijn om daar te studeren. Alleen de practica al met al die proeverijen!  En dan zo’n eindtitel: Vinoloog of zelfs doctor in de vinologie. In Groningen trof ik soms tiendejaars studenten,  maar dat zal hier wel bon ton zijn.

Ik bespaar me een nat pak door net op tijd bij een café te landen, want van half drie tot ongeveer drie uur regent het snoeihard. Daarna kom ik in heuvelig en bebost gebied. Puffen geblazen. Op de kaart zie ik hoogtelijnen dicht bij elkaar en dwars op die lijnen mijn route ingetekend. Je hoeft geen geograaf te zijn – want juristen, radiologen en vinologen weten het ook – om te weten dat dat flink klimmen betekent.  Maar….gelukkig ook weer aangenaam dalen over een mooi en breed stuk asfalt. Zo suis ik La Bégude binnen en in het naburige Souspierre vind ik een heel mooi adres met……een Groninger als eigenaar. Prompt gaat er niet boven Souspierre!

Pont d’Avignon
TGV-spoorlijn
Route Soleil (A9)
Côte du Rhône
Lavendel nog groen

Bericht 7

  • Datum:           Dinsdag 22 mei
  • Traject :          Pertuis – Avignon
  • Afstand:          82 km.
  • Weer :              20 graden, bewolkt, weinig wind, prima fietsweer
  • Parcours:       Nagenoeg vlak, door het dal van de Durance

Eerst even de rekensom van gisteren: we moeten de afstand van 1800 km. verdelen in de verhouding 100 staat tot 175. Mijn deel is dan 100/275 keer 1800, dat is 655. Mijn maatje doet 175/275 keer 1800 en dat is 1145. Dat zou ergens tussen Macon en Besancon kunnen zijn. Ik ben benieuwd.

‘Houd je je vak nog een beetje bij’?, zo vroeg mijn zwager me in Antibes.  Ik ontkende het, maar achteraf gezien had ik ook kunnen zeggen: ‘Ja, vrijwel elke dag’.  Want onderweg zijn, zeker op de fiets, is de hele dag aardrijkskunde! Je kijkt goed om je heen naar de geordende geo en probeert een beetje te duiden en te snappen wat je ziet. ‘t Is bijna werken.

Om 9 uur verlaat ik het zeer sympathieke en goed verzorgde Chambre d’Hôte- adres in Pertuis. Het heeft de voor vandaag toepasselijke naam ‘Villa Hydra’. Mijn gastheren klagen dat het hier dit voorjaar erg veel regent. Ook vandaag. Ik start in een lichte motregen en er kan dus een jasje aan. Vandaag fiets ik veel landelijke weggetjes, soms echte fietspaden, over een vrijwel vlak parcours. Boven de parallel aan mijn route gelegen imposante bergruggen hangt zware bewolking wat volgens mijn vak (hoor mij…) niet onlogisch is. Ik rijd overwegend vlak omdat ik het dal volg van de Durance. Die begint bij Briançon en eindigt in de Rhône. Onderweg veel akkerland, maar ook veel fruitteelt. Ik zie vrijwel geen vee. Wat me ook opvalt is dat je zo weinig zonnepanelen ziet. Waarschijnlijk (gokje) is de grote capaciteit van de diverse Franse kerncentrales een reden dat de aanschaf van zonnepanelen niet wordt aangemoedigd met bijv. subsidies. De zon wil hier in de Provence wel meewerken.

Bestuurlijk telt Frankrijk 18 zogenaamde Regio’s, 102 departementen en nota bene ruim 35.000 gemeenten! Dat laatste is een bijna achterlijke kleinschaligheid, die ik onderweg tegenkom in o.m. een grote hoeveelheid ‘Mairies’ met meestal het bekende ‘Liberté, égalité en fraternité’.  Voor die vaak kleine dorpen/stadjes moet ik vaak flink in de pedalen. Wat dat betreft voel ik me als fietser een ‘single handicapper’.  Want zodra de hellingspercentages in de dubbele cijfers gaan, moet ik al snel afhaken en kleine stukjes lopen. Ikzelf, mijn fiets en bagage leveren samen een massa op van 110 kilo en dat trap ik niet omhoog bij 12 procent. Of dat wiskunde is of aardrijkskunde laat ik in het midden, maar veel is het wel. Teken het maar eens met een geo(!)driehoek, tenminste als de millimeterstreepjes er goed op staan afgedrukt.

Over het ontzag van de automobilist voor de fietser schreef ik al eens eerder. Ik houd mijn waardering staande, want we moeten de weg nogal eens delen. Op eerdere fietsreizen zag ik het blauwe verkeersbord met de tekst ‘Partageons la route’.  Ze doen het, al heb ik het bord nog niet gezien.

Mijn gemiddelde snelheid ligt vandaag merkbaar hoger, want al ruim voor vier uur rol ik Avignon binnen. Deze stad wordt ook wel het Rome van Frankrijk genoemd, want ruim een eeuw lang woonden er pausen. Vandaar ook het grote, monumentale pauselijk paleis. Maar Avignon is misschien nog bekender van het liedje dat wij vroeger op de HBS zongen:

Sur Le pont d’Avignon, l’on y danse, l’on y danse…….e.v.

Ik neem mijn intrek in Hotel du Parc in het centrum van de stad. Een ‘basic’ accomodatie met één ster, maar voor mij voldoende. Eenmaal binnen begint het te stortregenen. Mooi geluid, ook al heb ik geen zolderraam.

De Durance
Donkere wolken pakken samen
Koopjes onderweg: € 59.000,-
“Comme ci”
Maar ook “comme ça”